Negatieve rente op spaargeld en 7 tips hoe dit te voorkomen
Negatieve rente op spaargeld
Ik hoor in mijn praktijk veel mensen die een gevoel van onrechtvaardigheid ervaren als ze moeten betalen voor het aanhouden van geld op een spaarrekening. En toch gebeurt het steeds vaker. De grootbanken zoals ABN Amro, Volksbank (waaronder SNS Bank), Rabobank en Ing waren de eerste banken die klanten een negatieve rente berekenden. Anderen volgen nu ook.
Een lage rente is prettig voor degenen die schulden hebben. Maar als je vermogen wilt opbouwen, dan is sparen op dit moment geen optie. Beleggen ligt dan meer voor de hand. Hoewel banken veel last hebben van de lage rente en naar eigen zeggen verlies maken op het bewaren van spaargeld, krijgen ze mensen maar niet aan het beleggen. De meeste mensen weten niet waar ze moeten beginnen en bovendien geniet de financiële sector in zijn algemeenheid nog steeds niet echt het vertrouwen van de consument. Dus misschien denk je ook wel: leuk dat de bank zegt dat ik beter kan beleggen, maar in wiens belang is dat eigenlijk?
Sparen is niet goed voor de eonomie
De Europese Centrale Bank (ECB) is verantwoordelijk voor het monetaire beleid van de Europese Unie en dus ook voor de rente. Zij bepaalt direct en indirect de hoogte van de rente door (stimulerings)maatregelen die ze kan nemen. De rente is al lange tijd extreem laag. omdat de ECB niet wil dat mensen sparen, maar juist geld uitgeven. Dat is goed voor de economie.
Lage rente is een probeem voor banken
Dat de rente is al lange tijd laag en dat is een probleem voor banken. Banken verdienen geld aan mensen die bijvoorbeeld een hypotheek afsluiten. Of een andere lening. En natuurlijk aan roodstaan op betaalrekeningen. En met een lage rente is dat inkomen van de bank kleiner dan ze lief is. Tegenover de rente-inkomsten staan de rente-uitgaven van de bank. Rente die particulieren ontvangen over hun bij de bank gestald spaartegoed. Maar banken moeten ook de ECB betalen om tegoeden daar te kunnen aanhouden. Een bank moet net als iedere onderneming winst maken om overeind te blijven. Nu de rente op het door de bank uitgeleende geld zo laag is, moet daar volgens de bankiers iets tegenover staan. Banken gaan dus geld vragen voor “het opslaan van geld”.
Spaarders in de kou met negatieve rente
Er zijn steeds meer banken die maatregelen nemen om het verlies op spaargeld te minimaliseren. Betalen voor je spaarrekening is er een. Maar Aegon Bank zetten hun spaarders in de kou door ze simpelweg de deur te wijzen zonder alternatief. Van een aantal klanten kreeg ik bericht dat ze een brief hebben ontvangen dat het geld in september wordt teruggestort naar de tegenrekening. En dan mag je het zelf uitzoeken.
Geldillusie
Hoewel ik het gevoel herken, wil ik je ook bewust maken van wat we wel ‘de geldillusie’ noemen. Geldillusie is onze neiging om over geld in nominale en niet in reële (voor inflatie gecorrigeerde) termen te denken. Met andere woorden, we kijken alleen naar het absolute bedrag op de bankrekening in plaats van wat je met dat geld echt kunt kopen. Een van de deelnemers aan mijn beleggingstraining zei laatst: “Als ik € 1.000 op een spaarrekening heb, dan weet ik tenminste zeker dat het € 1.000 blijft.” Ze was zich er niet van bewust dat je met dat geld elk jaar minder kunt kopen. Nominaal mag het wel hetzelfde bedrag blijven, maar je kunt er steeds minder voor kopen.
Een ander voorbeeld is het krijgen van een loonsverhoging. Stel je ontvangt 2% meer salaris. De meeste mensen voelen zich dan rijker rijker. Ook als de inflatie 2,5% bedraagt en we eigenlijk 0,5% aan koopkracht leveren.
Sparen kost dus per definitie geld, niet alleen bij negatieve spaarrente
Sparen heeft altijd al geld gekost, gedacht in termen van reële koopkracht. Dat is niet alleen iets van deze tijd. Maar we hebben wel dat gevoel van ongemak nu we moeten betalen voor spaargeld nu de rente ontzettend laag is. Laten we eens kijken naar een paar voorbeelden van de laatste 10 jaar.
Spaarrente | vrh box 3 | Inflatie | Nettorendement | |
2021 | -0,50% | 1,40% | 1,86% | -3,76% |
2021 | 0,01% | 1,40% | 1,86% | -3,25% |
2016 | 0,70% | 1,20% | 0,32% | -0,82% |
2011 | 2,10% | 1,20% | 2,34% | -1,44% |
Als je een kleine spaarder bent, heb je eigenlijk in 2021 ongeveer 3,2% rendement nodig op je geld om in termen van reële koopkracht er niet op achteruit te gaan. Ben je negatieve rente verschuldigd omdat je een relatief hoog bedrag op je rekening hebt staan? Dan ligt het omslagpunt ook hoger.
Geen enkele spaarder krijgt voldoende rente op spaargeld, dus teren alle spaarders gegarandeerd in op hun vermogen. We moeten ver terug in de tijd wilde dit rekensommetje een positieve uitkomst hebben. In termen van reële koopkracht worden we dus elk jaar armer. Niets nieuws onder de zon. Door de negatieve uitkomst is het gat wel groter dan in het verleden, dat klopt. Maar is ook vooral een kwestie van gevoel dat betalen om te sparen niet klopt. Het is dus een kwestie van mindset.
Want iets moeten betalen, geld uit onze portemonnee zien verdwijnen doet mentaal iets met ons brein. We willen best wel geld uitgeven, maar dan moet er wel iets tegenover staan. En dat is bij die negatieve rente niet het geval.
Iedereen heeft een goed gevulde spaarrekening nodig, negatieve rente of niet ….
En toch is voldoende spaargeld hebben voor iedereen belangrijk. In elke fase van je leven. De wasmachine kan kapotgaan. Ineens belt de garage dat de apk en de grote beurt voor de auto wat meer kost dan gedacht. En je wilt natuurlijk lekker met vakantie gaan. Sparen doen we om een voldoende grote buffer te hebben en voor uitgaven die we kunnen voorzien op de relatief korte termijn.
Sparen doen we dus niet om rendement te maken, maar om veiligheid te creëren dat we op onverwachte momenten geld achter de hand hebben. Heb je geld dat je nu kunt missen en straks nodig hebt om niet alleen nu lekker te leven, maar ook straks een fantastische levensstijl te hebben? Dan is dat geld waarmee je vermogen kunt opbouwen door te gaan beleggen.
Wanneer is sprake van negatieve rente?
Heb je dus relatief veel spaargeld, dan betaal je voor het geld dat op je spaarrekening staat. Hoeveel negatieve spaarrente je moet gaan betalen hangt af van de bank waar je die rekening hebt en hoeveel spaargeld je hebt. Alleen mensen met een behoorlijk spaarcentje betalen een negatieve rente. Bij het schrijven van dit artikel zien we de grens bij veel banken al zakken. Eerst betaalde je rente als je € 250.000 of meer op je spaarrekening had staan. Nu zakt de grens bij veel banken al naar € 100.000. En de ene bank kijkt naar het saldo per rekening terwijl andere banken naar je totale spaargeld kijken. Er is dus verschil in de manier waarop je behandeld wordt.
Negatieve rente voorkomen kan op verschillende manieren.
Hieronder heb ik 7 tips voor je op een rijtje gezet.
Maar eerst wat je vooral niet moet doen!
Geld in een oude sok
Wat je vooral niet moet doen is het geld van de bank halen en in een oude sok stoppen, onder je matras leggen of op een ander geheime plek in huis. En dit is wel wat 20% van de ondervraagden uit onderzoek van de Consumentenbond in april 2021 aangaven te overwegen. Maar stel je toch eens voor dat er wordt ingebroken in je huis. Of erger, dat je brand krijgt. Dan is al je geld weg. En bewijs dan maar eens dat je dat geld in die oude sok had. Ik ken een verzekeringsadviseur die hier laatst zijn handen vol aan had. Helaas zonder resultaat. Het risico van geld thuis bewaren en vele maal groter dan bijvoorbeeld gespreid beleggen voor de lange termijn.
7 tips om negatieve rente te voorkomen
1. Extra inleggen op je (bank)spaarhypotheek
Heb je een bankspaarhypotheek met een gekoppelde kapitaalverzekering of bankspaarrekening? Dan kun je overwegen om een extra storting te doen. De rente op de – aan de hypotheek gekoppelde – kapitaalverzekering of bankspaarrekening is meestal even hoog als de hypotheekrente die je betaalt.
Het mes snijdt aan meerdere kanten. Door de extra inleg verhoog je niet alleen het rendement van je spaargeld, maar je kunt ook sneller toewerken naar je eindkapitaal. Eventueel kun je de looptijd van je hypotheek verkorten om dezelfde maandelijkse inleg te houden. Bij een extra storting zal de bank bij voorkeur de maandelijkse inleg verlagen en het doel en de looptijd houden zoals het is. Bovendien valt het vermogen dat in je verzekering zit of op je bankspaarrekening staat in box 1. Je hoeft er dus geen vermogensrendementsheffing over te betalen.
Let op! Stort nooit zomaar bij. Er gelden voorwaarden en fiscale beperkingen voor kapitaalverzekeringen eigen woning en spaarrekeningen eigen woning. Overleg dus eerst met je bank, verzekeraar, hypotheekadviseur of financieel planner.
2. Richt een familiebank op
Als je spaargeld over hebt en je kunt het voor een lange periode missen, dan kun je een kind, een kleinkind of een ander familielid helpen bij de aanschaf van een eigen huis. Of bij het verlagen van de hypotheeklasten. De familiebanklening is in veel gevallen fiscaal en financieel voordeliger dan je spaargeld schenken. Je ontvangt namelijk een leuke rente op je spaargeld en je kind kan per saldo voordelig lenen. Het mooiste is dat de fiscus aan die rente meebetaalt. Als je de rente weer schenkt als kerstcadeautje houd je geld binnen de familie, levert het rendement op en plezier als je ziet wat ze met die schenking doen. Maar dat schenken hoeft natuurlijk niet. Je kunt het ook zelf gebruiken.
3. Investeer in je eigen woning
Je kunt een deel van je spaargeld ook investeren in de verbetering of het onderhoud van je woning. Een schilderbeurt van de gevel van het aanschaffen van kunststof kozijnen. Of investeringen die zichzelf in de loop van de tijd terugverdienen door een lagere energierekening. Denk aan de aanschaf van zonnepanelen, dubbel glas en vloer-, dak- en spouwmuurisolatie. Het geld zit dan weliswaar in de stenen, maar daar staat woongenot en doorgaans een waardestijging van je woning tegenover.
Op www.milieucentraal.nl zie je wat energiebesparende maatregelen opleveren. Bovendien krijgt je huis een energiezuinig(er) label en ook dat kan de waarde ervan verhogen bij een eventuele toekomstige verkoop.
4. Los een deel van je hypotheek af
Als de hypotheek je netto meer kost dan je spaargeld je oplevert, kan het een overweging zijn je hypotheek (voor een deel) af te lossen. Deze vraag wordt mij regelmatig gesteld door klanten tijdens hun traject van financiële planning. De lage, negatieve rente van dit moment kan een goede aanleiding zijn om deze mogelijkheid eens door te rekenen.
Je moet daarbij rekening houden met de te betalen hypotheekrente, de ontvangen rente over je spaargeld, de vermogensrendementsheffing in box 3 en het eigenwoningforfait. Maak de vergelijking eens op twee manieren. De ene is de vergelijking met de daadwerkelijke (negatieve) rente op je spaarrekening en de andere met de rente die je op een deposito kunt krijgen. Het is aan te raden het voornemen om af te lossen met financieel adviseur te bespreken.
Let op! Ik ken veel mensen die een hypotheek deels aflossen of spaargeld investeren in een woning om er vervolgens achter te komen dat het een goed idee leek, maar het uiteindelijk niet de meest optimale keuze is in combinatie met andere wensen. Dit inzicht volgt bijvoorbeeld regelmatig bij de wens eerder te willen stoppen met werken. Door geld in stenen te stoppen wat je er niet zo gemakkelijk weer uithaalt, kunnen dit soort wensen en doelstellingen niet of minder haalbaar blijken te zijn. Kijk dus naar je totale financiële planning voordat je extra aflost. Want met een baksteen koop je geen brood bij de bakker. Stop dus geen geld in stenen als je daar in de toekomst een andere besteding voor hebt!
5. Beleggen
De meeste mensen sparen en beleggen. Maar ik spreek ook veel mensen die bij het horen van het woord ‘beleggen’ al rode vlekken in de nek krijgen. Onbekend maakt vaak onbemind, maar ook slechte ervaringen in het verleden zijn daar debet aan. In een gedegen financiële strategie is het vaak een combinatie van sparen en beleggen. Iedereen heeft een goed gevulde spaarrekening nodig. Maar als je flink wat spaargeld hebt en je kunt meer risico lopen met je vermogen, is wat meer naar de beleggingskant verschuiven een prima alternatief.
Over beleggen kan ik veel vertellen. Ik kan er een uitgebreide training aan wijden en dat heb ik ook gedaan ;-). Maar vraag je sowieso af waarvoor je het geld straks nodig hebt. Is het aanvulling op je pensioen, de studie van de kinderen of zomaar? Wat is je beleggingshorizon, oftewel de tijd dat je het geld kunt missen? Heb je ervaring met belegging en begrijp je wat er gebeurt op de financiële markten? Dalende koersen kunnen slapeloze nachten opleveren, maar als je snapt dat het bij beleggen hoort en dat het over het algemeen een positief resultaat geeft op de lange termijn, dan zorgt dat voor veel gemoedsrust.
Een goede beleggingsportefeuille samenstellen is minder lastig dan het lijkt, zolang je je aan de basisregels houdt en begrijpt wat er gebeurt. Dat is precies waar mijn beleggingstraining over gaat.
6. Naar een andere bank overstappen
Je kunt altijd naar een andere bank overstappen met je spaarrekening. Er zijn meerdere banken die een hogere rente geven of minder hoge negatieve rente rekenen dan de bekende banken zoals Rabobank, ABN Amro, Ing en Volksbank (waaronder SNS). Vergelijken gaat gemakkelijk bij bijvoorbeeld spaarrente.nl, Independer of geld.nl. En met een paar muisklikken heb je een nieuwe rekening geopend.
7. Meer rente op deposito’s om negatieve rente te voorkomen
Als je voor langere tijd zekerheid zoekt en je kunt je spaargeld even missen, overweeg dan eens een spaardeposito. Natuurlijk naast je vrij opneembare spaarrekening. Met een spaardeposito of termijndeposito zet je een bepaald bedrag ‘vast’ bij een bank tegen een vooraf afgesproken rente en periode. Meestal krijg je bij een spaardeposito meer rente dan op een gewone spaarrekening.
Het nadeel hiervan is dat je het geld tussentijds niet of alleen tegen hoge kosten kunt opnemen. Ook loop je rente mis als de spaarrente tussentijds weer omhooggaat. Maar dat lijkt de komende tijd niet erg waarschijnlijk. Er zijn spaardeposito’s met een looptijd van 1 tot en met 20 jaar en korte termijn spaardeposito’s waarvan de looptijd korter is dan een jaar. De rente staat dus vast. Je bent dus verzekerd van een bepaalde renteopbrengst. Maar je kunt er even niet aankomen.
En durf je het aan? Dan kun je ook kijken bij buitenlandse banken die in ons land actief zijn via een bemiddelaar zoals Raisin. Deze partij zit tussen de banken en spaarders en wordt betaald door de banken om spaargeld aan te trekken. Vaak is er een minimum inleg van bijvoorbeeld €10.000 en maximaal €100.000. Dit is het bedrag dat in alle landen van de Europese Unie onder de bescherming valt van het Depositogarantiestelsel.
Vermijd liever Oost- of Zuid Europese landen, want dat de vraag is of het Depositogarantiestelsel soelaas biedt. Hoe het mis kon gaan zagen in 2008 toen het IJslandse IceSave failliet ging. Realiseer je dat een hogere rente samengaat met een hoger risico. Check altijd de zekerheden en de kleine lettertjes voordat je geld overmaakt.
Afsluitend bij dit blog over de negatieve rente
Meer weten of van gedachten wisselen over financiële planning, sparen, beleggen of andere onderwerpen. Neem contact op door Sandra te bellen op 06-12126281 of door gelijk een afspraak te boeken in haar agenda.