Als je een testament hebt gemaakt, dan staat daarin wie de erfgenamen zijn en wat ze erven. Testamenten worden ingeschreven in het Centraal Testamentenregister. Is er geen testament, dan is wettelijk bepaald wie de erfgenamen zijn en welke deel ze krijgen.
Erfgenamen volgens wettelijk erfrecht
De wet verdeelt erfgenamen in vier groepen erfgenamen. Dit zijn:
- Partner, kinderen en hun afstammelingen.
- Ouders, broers, zussen en afstammelingen.
- Grootouders met hun (klein)kinderen, ooms, tantes, neven, nichten.
- Overgrootouders en hun afstammelingen.
Of iemand volgens de wet erfgenaam is, hangt dus af van de relatie tot de overledene. Is er iemand in de eerste groep, dan zijn alleen deze personen erfgenaam.
Een partner is erfgenaam als hij of zij met de overledene was getrouwd of een geregistreerd partnerschap had. Woon je samen, heb je een LAT-relatie of ben je gescheiden van tafel en bed, dan ben je volgens de wet geen erfgenaam. Een partner kan erfgenaam zijn als deze is benoemd in een testament.
Een kind is erfgenaam als je volgens de geboorteakte kind bent van de overledene. Je bent ook erfgenaam als je geadopteerd bent. Een stiefkind, pleegkind, afgestaan kind is geen erfgenaam volgens de wet. Dat geldt ook als een kind is geboren uit een relatie van samenwoning waarbij de vader het kind niet officieel heeft erkend. Een kind kan erfgenaam zijn door benoeming als erfgenaam in het testament van de overledene.
Verdeling van de nalatenschap tussen partner en kind(eren)
Volgens de wettelijke verdeling wordt de nalatenschap in gelijke delen verdeeld tussen de partner en eventuele kinderen.
Kinderen krijgen hun erfdeel niet direct uitgekeerd. De wet beschermt de langstlevende partner. Die krijgt de hele erfenis en kan het erfdeel van de kinderen zelf gebruiken. De partner blijft het erfdeel aan de kinderen schuldig, maar moet wel eventuele erfbelasting voor de kinderen voorschieten. Schulden van de nalatenschap moet de partner ook voldoen. Of de kinderen uiteindelijk hun erfdeel krijgen, is afhankelijk van het uitgavenpatroon van de partner. Het erfdeel kan bij overlijden van de partner helemaal op zijn.
Kinderen kunnen hun erfdeel opeisen bij faillissement of als de partner in de schuldsanering komt. En natuurlijk bij overlijden van de partner.
Geen partner en/of kinderen?
Dan komen mogelijke erfgenamen in groep 2 in beeld. Dit zijn ouders, broers, zussen en hun afstammelingen. Zijn er ook geen familieleden in deze groep in leven? Dan volgen erfgenamen in groep 3. Uiteindelijk kunnen ook overgrootouders nog erven volgens de wettelijke regeling, al zal dat in de praktijk niet zo vaak voorkomen.
Zijn er helemaal geen erfgenamen? Dan gaat uw erfenis naar de staat.